Valt de strijd tegen kanker te winnen?
De oorlogsbeeldspraak
De terminologie van ‘de oorlog tegen kanker’ dateert van kort na de Tweede Wereldoorlog. Ze werd echt gangbaar in 1971, toen de Amerikaanse president Richard Nixon een wet tekende waarin kanker de oorlog verklaard werd.
De mensheid heeft altijd veel en gretig oorlog gevoerd, dus het is niet zo vreemd dat de vergelijking met oorlog veel mensen makkelijk van de tong rolt. Maar we weten ook allemaal dat oorlogen veel slachtoffers maken. Is ‘het overwinnen van kanker’ wel een haalbare doelstelling?
Niemand wil kanker krijgen, en niemand wil eraan overlijden. Maar helaas krijgt één op de twee mensen ooit kanker. In Nederland is kanker volgens het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) de belangrijkste doodsoorzaak; bij ruim dertig procent van de sterfgevallen per jaar wordt kanker opgegeven als doodsoorzaak. Wil dat dan zeggen dat al die mensen ‘de strijd tegen kanker verloren hebben’?
En hoe voelen terminale kankerpatiënten en hun familie zich wanneer ze weten dat de dood nabij is?
Denken ze dat ze gefaald hebben, omdat ze niet sterk genoeg geweest zijn? Zijn hun laatste dagen extra zuur doordat ze zichzelf als verliezers beschouwen?